op het nippertje


op het nippertje 1.0

nog net op tijd; op het laatst mogelijke moment; ternauwernood

Algemene voorbeelden


Een inwoner van Alkmaar is afgelopen weekeinde maar net op het nippertje miljonair geworden. De deelnemer aan de Nederlandse lotto ontdekte zaterdag vlak voor sluitingstijd dat hij zijn formulier nog niet had ingeleverd. Hij snelde naar de winkel en was nog net op tijd om het papiertje af te geven. Dat was het winnende lot, zo bleek enkele uren later.

De Standaard,

'Dina heeft zich bewust zwanger laten maken door een jonge vriend', hoorde ik Sarah zeggen. Ze was overeind gekomen om haar verhaal kracht bij te zetten. Dina's verlangen om een kind te krijgen nog net voor het definitief te laat was. Het spook van de veertig jaar. De geschiedenis op het nippertje te vlug af zijn.

Brieven uit Nergenshuizen: roman, Paul de Wispelaere,

Voor Jennifer Barelds zou een eventuele Drentse titel een mooie opsteker zijn, want de talentvolle amazone miste onlangs op het nippertje een plaatsje in het team dat naar de Europese kampioenschappen gaat.

Meppeler Courant,

De Afrikaanse afgod King Kong, ergens halverwege aap en mens, raakt in de film direct geobsedeerd door de hoogblonde Ann Darrow ('scream queen' Fay Wray), die hij de jungle in sleept. Als hij de bewusteloze Darrow daar uitkleedt – en aan zijn vingers ruikt – weet held Jack Driscoll haar op het nippertje te redden van een lot erger dan de dood.

nrc.next,